19 augustus 2013

Laura Starink

© Merlijn Doomernik

Historische lessen gaan meestal over ronkende namen en knallende gebeurtenissen. Maar als je het verleden echt wil begrijpen, dan kun je niet zonder de mensen die de schoolboekengeschiedenis aan den lijve ondervonden hebben. Wil je hun verhalen vertellen, dan moet je voortmaken want getuigen hebben niet het eeuwige leven.  

Journaliste Laura Starink vertrok bij haar moeder, oom en tantes om het grotere verhaal van de Silezische Heimatvertriebenen te kunnen optekenen. Duitse wortels leert ons, onder meer, dat de waarheid niet gediend is van al te makkelijke conclusies. 

 ‘Wat mij verraste was dat de nieuwe Polen in Silezië
de Duitse geschiedenis weer de plek willen geven die haar toekomt.' 
 

Je hebt Slavische talen gestudeerd en was correspondent in Rusland. Zou je kunnen zeggen dat die keuzes al een begin waren van je zoektocht naar het verhaal van je familie?

Vreemd genoeg is het andersom gegaan. Eerst was er de belangstelling voor Rusland, daarna mijn journalistieke werk en mijn correspondentschap in Moskou. Daar heb ik wel de belangstelling opgedaan voor de fascinerende verhalen van gewone mensen die zich zo goed en zo kwaad als het ging staande hielden onder de slagen van de geschiedenis. In Rusland heeft zo ongeveer iedereen een verhaal waar je steil van achterover slaat. Pas na de dood van mijn moeder realiseerde ik me dat dit verhaal al die tijd voor mijn neus heeft gelegen en dat ik er niets mee had gedaan. Dat gaat vaak zo met familieverhalen. Je moet een zekere afstand tot je jeugd hebben voordat je aan zoiets durft te beginnen.

 
Zoekend naar de Silezische wortels van je familie, ben je bij Tweede Wereldoorlog terecht gekomen en bij kwesties die velen van ons aangaan. Hoewel er in Silizië heel weinig Kriegsbegeisterung was, haalde de NSDAP in ’38 een monsterscore in Klausberg. Hoe is dat te verklaren? 

Dat kwam omdat een groot deel van opper-Silezië in 1920 aan Polen was afgestaan en veel Duitsers dat onrecht vonden. Het leek velen dus wel een goed idee om dat gebied terug te halen. De stemming was anti-Pools en daar speelde Hitler handig op in.

Het station van Klausberg, nu Mikulczyce © Wikimedia
Je hebt geen nazi-heethoofden in de familie gevonden. Je opa, die leraar was en wel eens vrijuit sprak in de klas, kreeg het zelfs aan de stok met de autoriteiten. Stel dat je wel partijmensen en jodenhaters zou gevonden hebben, hoe zou je daarmee zijn omgegaan, journalistiek en persoonlijk?

Dat is een moeilijke vraag. Journalistiek gesproken is dat natuurlijk interessant, want velen liepen achter Hitler aan en de vraag waarom blijft fascineren. Het zou het schrijven van het boek wel lastiger hebben gemaakt, omdat ik dan de verhalen van mijn moeder, oom en tantes in twijfel had moeten trekken. Dan wordt het ook moeilijk de rest van hun verhalen te geloven en dan heb je een persoonlijk, maar ook een professioneel probleem. Dat mijn moeder als kind misschien ooit weleens in Hitler heeft geloofd vind ik geen probleem. Ze was naief en jong. Ze was een goed mens en in de verste verte geen antisemiet of xenofoob. De oorlog vond ze vreselijk. Van mijn opa weet ik eigenlijk niet precies wat hij vond, omdat hij geen geschriften heeft nagelaten en niet sprak over politiek. Het is niet uitgesloten dat hij het terugveroveren van opper-Silezië goedkeurde. Maar wat hij echt vond van het antisemitisme zal ik helaas nooit weten.
 

Terwijl ze historisch gezien niet veel recht hadden op Silezië, legden de Polen na de overwinning op Nazi-Duitsland meteen beslag op het gebied. Zou dat ook gebeurd zijn als de streek niet rijk was geweest aan bodemschatten?  

Jazeker, want het was niet het idee van de Polen, maar van Stalin. Die was niet van plan het oosten van Polen na 1945 weer af te staan. De Polen in Galicië (rondom Lwów, het vroegere Lemberg) moesten dus vertrekken en daarvoor moest in het westen plaats worden gemaakt. Polen was op zich helemaal niet blij met die verschuiving, omdat het Poolse gebieden in het oosten kwijtraakte. Wel hadden ze natuurlijk de mazzel dat ze er een rijk gebied voor terugkregen. Maar de Polen uit Galicië werden net zo gedeporteerd als de Duitsers uit Silezië.
Het embleem van Klausberg © Wikimedia
Uit het boek blijkt dat niet iedereen op dezelfde manier reageert op gelijkaardige omstandigheden. Misschien heeft Lotte het wel het zwaarst gehad (door de Russen verplicht tewerkgesteld in onmenselijke omstandigheden en er malaria aan overgehouden) en toch is Inge de meest verbitterde. Broer Hans is dan weer de kosmopoliet die zich thuis voelt bij de Polen en Russisch praat. Zijn jou ook die verschillen in de kunst van het overleven opgevallen?    

Zeker. Die verschillen maken zo’n familiegeschiedenis juist zo interessant. Niet alleen hebben de kinderen heel verschillende ervaringen op verschillende leeftijd, ook hebben ze natuurlijk allemaal hun eigen karakter. Inge is zwaar op de hand en ietwat verongelijkt, Bärbel was het zonnetje in huis, Lotte was sterk en optimistisch, mijn moeder was als oudste wat bazig, Hans was een stille dromer en Hanne was het kind van de rekening. Oorlog of geen oorlog: in elk gezin spelen daarnaast ook de onderlinge verhoudingen een belangrijke rol. 
 

Omdat het een boek is over het nodeloos verdrijven van mensen, een vraag over de Polen die uit Rusland moesten vertrekken en ingekwartierd werden bij Duitse Sileziërs. Wij zouden dat ethnische zuivering noemen maar hoe werd er toen gedacht?

De deportaties werden geen etnische zuivering genoemd, maar waren dat wel. Iedereen had zijn eigen motieven. Stalin deed het zuiver om opportunistische redenen: hij wilde gebiedsuitbreiding voor de Sovjet-Unie. De Polen en de Tsjechen deden het uit wraakgevoelens: zij waren door de nazi’s als Untermenschen behandeld, verjaagd en vermoord. De westerse geallieerden dachten dat de onderlinge haat zo groot was dat het beter was de bevolkingsgroepen uit elkaar te halen. Anders zou er vroeg of laat weer oorlog komen. Bovendien hadden ze in het westen hun handen vol: heel Europa was kapot en diende opnieuw te worden opgebouwd. Een conflict met Stalin konden ze er niet bij hebben. 

Het klooster van Klausberg © Nomenon
A
an het slot van Duitse wortels is er een verrassende passage over de opnieuw openbloeiende Silezische identiteit die zich afzet tegen de hedendaagse Poolse nationalistische partij. Ben je daardoor verrast en kan dat zorgen voor politieke spanningen in Polen?
 
Wat mij verraste was dat de nieuwe Polen in Silezië de Duitse geschiedenis weer de plek willen geven die haar toekomt. Ze zijn zelfs trots op de Duitse architectuur en koesteren de nieuwe contacten. Dat ze zich Sileziërs voelen is volgens mij een beetje romantische onzin: ze komen uit Galicië, ze hebben er geen wortels.

 
Weten de erg gelovige Polen trouwens dat de patrones van Silezië een 13de eeuwse Duitse vorstin is: Hedwig von Andechs die nu Jadwiga genoemd wordt?

Dat weten ze zeker: ooit was Silezië Pools.

Het postkantoor van Klausberg © Nomenon

Omdat je moeder ging kuren in Zwitserland heeft zij de barbarij van de Russen niet meegemaakt en zijn ook de harde na-oorlogse jaren in Silezië (met de materiële ellende en de vernederingen van de Poolse overheid) aan haar voorbijgegaan. Heeft dat haar relatie met haar zussen en broer getekend? Oorlogsleed gaat immers verder dan ontberingen…

Ik heb haar dat niet meer kunnen vragen, maar het heeft haar zeker een schuldgevoel bezorgd dat zij heeft kunnen studeren terwijl haar familie zware tijden doormaakte. Ze heeft nooit overwogen terug te gaan, ze durfde de Russische linies niet te doorkruisen. En haar vader raadde het haar af. Hij ging ervan uit dat ze allemaal uiteindelijk toch naar het westen zouden moeten en had haar dus liever in Zwitserland. Dat Inge wel is teruggegaan en voor het gezin heeft gezorgd, is denk ik altijd een onuitgesproken verwijt geweest. De anderen hebben het mijn moeder nooit kwalijk genomen en waren erg op haar gesteld.
 

Is er een kans dat je boek in het Duits vertaald wordt? En zou je willen dat je Duitse familie en doorsnee Duitsers dit verhaal kunnen lezen? 

De uitgeverij probeert het te slijten, maar tot nu toe zonder succes. Er is in Duitsland veel literatuur van en over Heimatvertriebenen. De markt is denk ik wel verzadigd. Mijn oom en tantes kunnen het wel lezen in het Nederlands, maar hun kinderen niet en die zouden graag een vertaling zien. Mijn tantes waren onder de indruk. Lotte zei bijvoorbeeld dat ze heel veel geleerd had, wat ze niet wist. Het enige voordeel van dit boek voor een Duits publiek zou kunnen zijn dat het geschreven is door een betrekkelijke buitenstaander, een Nederlandse. Dat levert misschien een iets andere invalshoek op. Maar ik vrees dat dat niet genoeg is.
 

12 augustus 2013

Antonio Hill

 
Wie Safran Foer en David Sedaris vertaalt, zou op zijn lauweren kunnen rusten... Gelukkig deed Antonio Hill dat niet. Hij creëerde zijn eigen fictieve wereld rond de Argentijnse rechercheur Héctor Salgado die nooit een rasechte Barcelonees zal worden.
 
Hills studie psychologie zorgt ervoor dat hij net iets scherper en verrassender naar de menselijke geest kijkt. Als je geboeid bent door de drijfveren die ons gedrag sturen, ons individuele leven en dat van groepen bepalen, dan zit je geheid bij deze auteur. In deze Spaanse verhalen heeft de clerus nog een vinger in de maatschappelijke pap en komt ook de onvermijdelijke Messi een keer voorbij.  

 
‘Ik denk dat, wanneer de lezers het boek uit hebben,
ze in staat zijn om met vrienden van gedachten te wisselen
 over hoe ze gereageerd zouden hebben op de situaties in de roman.’

 
Je hebt veel ervaring met het vertalen van grote auteurs. Heeft de stem van die schrijvers je niet in de weg gezeten bij het vinden van je eigen toon?

Niet echt. Ik had al heel wat jaren fictie vertaald maar geen misdaadboeken in het bijzonder. Trouwens, vertalen en schrijven zijn twee verschillende taken en je benadert elk van hen vanuit een andere gemoedstoestand.   
 

Je bent ook psycholoog. In welk opzicht helpt die achtergrond bij het creëren van personages of de interacties van karakters?

Ik veronderstel dat dat meer helpt dan ik vermoed maar ik heb de laatste twintig jaar niet meer als psycholoog gewerkt. Ik denk dat de keuze voor een studie psychologie beantwoordt aan iemands interesse voor menselijk gedrag, voor hoe mensen in elkaar zitten. Ik observeer graag menselijke reacties en dat komt van pas bij het creëren van personages. 
Parc Joan Miro © Ferran Morena Lanza
Ergens in Dodelijke zomer opper je het idee dat psychologen en ondervragende rechercheurs opzettelijk stiltes laten vallen in gesprekken. Wat beogen ze daarmee?

Dat verschilt van mens tot mens. Sommige mensen voelen zich onprettig bij stilte, voelen de noodzaak om die leegte op te vullen met conversatie en geven dan meer informatie dan ze eerst van plan waren. Bij anderen, de koudste persoonlijkheden, werkt dat helemaal niet…
 

Godsdienstbeleving speelt een rol in Dodelijke zomer. Wij, noorderlingen, zijn het, bijvoorbeeld, niet meer gewoon om een priester in de familie te hebben zoals de Castells. Hoe godsdienstig zijn de Barcelonezen nog en heeft de economische crisis invloed op hun spiritualiteit?

Wij hier zijn ook niet meer zo religieus maar toch mogen we niet vergeten dat de Katholieke Kerk in dit land jarenlang een belangrijke rol heeft gespeeld. Hoewel dat veranderd is sinds de democratisering, denk ik toch dat de Kerk hier meer macht heeft dan in andere Europese landen: ze geeft haar opinie over heel wat sociale thema’s die niet strict religieus zijn. En ze lijkt altijd en in alles gelijk te hebben (Het kost veel moeite om haar vergissingen te doen toegeven, ook de grote!).

Wat mij betreft is spiritualiteit iets anders. En neen, ik denk niet dat economie invloed heeft op het spirituele leven.

 
Héctor Salgado is een Argentijn. Waarin zou het verschil liggen als je van hem een Spanjaard had gemaakt? En kun je uitleggen waarin een Argentijns accent verschilt van een Spaans?

Hij is in mijn geest als Argentijn geboren en ik weet echt niet waarom precies. Het gebeurde gewoon. Ik wilde een man die van buiten Barcelona kwam en toen besloot ik om hem zelfs van buiten Spanje te laten komen.

Je voelt je immers kwetsbaarder als je in een vreemd land woont, zelfs al woon je er al jaren. Héctors situatie (zijn recente echtscheiding, zijn problemen met dokter Omar en met zijn eigen politieteam) verergerde omdat hij een Argentijnse rechercheur is en altijd zal zijn.

Het accent verschilt nogal en dat was een probleem als Héctor aan het woord kwam in de roman. Rekening houdend met het oordeel van mijn Argentijnse vrienden, besloot ik uiteindelijk om hem Castilliaans te laten spreken, behalve op belangrijke momenten (wanneer hij boos is of kwetsbaar): dan komen zijn oude accent en woordenschat weer naar boven. 
 

In De wraak van de honden schrijf je met een scherpe pen over teambuilding-activiteiten en de ideeën die erbij horen. Hoe kijk je daar als psycholoog en als mens naar?

Teambuilding is per definitie geen slechte zaak. Wat ik probeerde te bekritiseren was het ‘Noord-Amerikaanse’ idee van de onderneming als je vriend en zelfs tweede thuis. Vroeger wist je gewoon dat je baas geen vriend was (zoals je geleerd had dat je ouders en leraars geen vrienden waren). Intussen heeft die ‘uitstekende relatie’ met familie, leraars enz. zijn intrede gedaan in de arbeidswereld en ik denk dat dat een beetje pervers kan zijn. Natuurlijk is er één en ander veranderd in bedrijven en is het veel prettiger werken in een team als mensen om elkaar geven of als een baas de tijd neemt om je dingen op een beleefde manier uit te leggen, zelfs als je een fout hebt gemaakt.

Maar alles bij mekaar zijn bedrijven een kleine weerspiegeling van de samenleving met naijver, jaloezie, hebzucht, ook liefde… Je mag dus niet denken dat je op je werkplek enkel door vrienden omringd wordt of dat je baas echt om je geeft: hij of zij doet dat misschien maar als er een conflict is, dan zullen ze de onderneming, en niet jou, verdedigen… Zo is het altijd geweest, alleen was dat vroeger duidelijker.
 
De haven van Barcelona

In je tweede boek zitten veel kritische ideeën over de menselijke identiteit. Zo worden, bijvoorbeeld, groepsstructuren geanaliseerd. Hoe kan een niet-leiderstype zich handhaven tussen natuurlijke maar dominante leiders?

Dat is een moeilijke vraag. Iedereen probeert te overleven, misschien door zich te onderwerpen, misschien door zich bij de sterkeren te scharen, misschien zelfs door ongehoorzaamheid en het spelen van een alternatieve rol. Dat onderzoeken was erg intrigerend voor mij, zelfs als auteur!


Het mensbeeld dat je in dit boek ophangt, is niet fraai: vergaand eigenbelang, gewetenloosheid, zelfbedrog… Is dat ook je eigen overtuiging en welke rol heeft je opleiding tot psycholoog daarin gespeeld?
 
Misdaadromans hebben de neiging om de ergste kanten van de mens te portretteren. Omdat we het over misdaad hebben, moeten we de emoties verwoorden die leiden tot het begaan van een moord. Het is niet mijn mening over hoe mensen, in het algemeen, in mekaar zitten. Maar ik denk dat, wanneer de lezers het boek uit hebben, ze in staat zijn om met vrienden van gedachten te wisselen over hoe ze gereageerd zouden hebben op de situaties in de roman. Het is erg interessant om te zien hoe mensen op de dag van vandaag met collega’s omgaan: we brengen zo veel tijd op het werk door dat we hen soms vaker zien dan onze familie of intieme vrienden.

De stierenarena werd omgebouwd tot shopping center
© Marc Arias
In De wraak van de honden wordt verteld dat de voormalige stierenarena in Barcelona wordt omgebouwd tot winkelcentrum. Is dat in werkelijkheid ook zo? En hoe sta je zelf tegenover die bekritiseerde stierenvechterstraditie?

Ja, het is verbouwd en is nu een winkelcentrum (ziet er eigenlijk wel leuk uit). Elk optreden waarbij wreed wordt omgegaan met dieren verdraag ik slecht. Dat gezegd zijnde, denk ik ook dat er veel hypocrisie is rond stierengevechten (in en buiten Spanje): de waarheid is dat dieren eeuwenlang overal mishandeld en gebruikt zijn. Het stierengevecht is een wrede show (en ik hou er helemaal niet van) maar het is ook een deel van de Spaanse cultuur en verdient een beetje respect. Het zijn geen barbaren die een stier doden, het is iets meer dan dat.

 
Je boeken spelen in Barcelona. Denk je die stad als achtergrond te behouden in je volgende boeken? En welk soort stof biedt ze een schrijver?

Ook voor de derde boek rond Héctor Salgado zal ik Barcelona als achtergrond gebruiken (en wellicht zal ik hetzelfde doen voor de hele serie) maar ik zou het niet erg vinden om een roman elders te situeren en met andere karakters. Barcelona is een fantastische stad: je vindt er veel geschiedenis, kunst, traditie en moderniteit. En het is ook mijn thuisstad. Daarom is het eenvoudiger voor mij om ze te gebruiken voor mijn werk.  
 

Recensie Dodelijke zomer
Recensie De wraak van de honden